De Thaise keuken staat bekend om zijn perfecte balans tussen de vijf basissmaken: zoet, zuur, zout, pikant en umami. Dit is wat de Thaise keuken zo uniek en geliefd maakt over de hele wereld.
Zoet komt vaak van ingrediënten als kokosmelk, palmsuiker, honing of fruit. Zuur wordt toegevoegd met citroengras, limoensap of tamarinde. Zout komt van vissaus, sojasaus of gedroogde garnalen. Pikant komt uiteraard van de hele set aan pepertjes en ook van gember. En umami is aanwezig in ingrediënten als vissaus, garnalenpasta en gefermenteerde sojabonen.
De kunst is om deze smaken in de juiste verhouding te combineren, zodat geen enkele smaak overheerst. Een goed voorbeeld is som tam, de Thaise papayasalade. Deze bevat een balans van zoet (palmsuiker), zuur (limoensap), zout (vissaus), pittig (gember) en umami (gedroogde garnalen).
Door deze smaakbalans te bereiken, creëren Thaise gerechten een explosie van smaken in je mond. De combinatie van fris, zuur, zoet, zout en umami maakt de Thaise keuken zo uniek en aantrekkelijk voor veel mensen over de hele wereld.
Tijdens onze verkenning dit najaar van de pittige keukens, houden we deze richtlijn in acht voor alle gerechten. We maken ze klaar met de nodige pit, maar laten het pikante nooit volledig overheersen. Zo ontdek je tevens de diepe rijke smaak van de Mexicaanse mole, de onderliggende zoetigheid van chiliwontons uit Sichuan en de kruidigheid van een Indische curry.
Do you like it hot?
Ontdek de pittige Thaise keuken in onze workshop op woe 11 december.
Comments